Door falend overheidsbeleid staan ruim 130.000 mensen met een arbeidsbeperking die graag willen werken onnodig aan de zijlijn. De FNV heeft een plan bedacht waarmee deze mensen kunnen worden begeleid naar passend werk. Op dinsdag 5 november presenteert de FNV haar plan aan de Tweede Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).
De vakbond wil dat in de wet wordt vastgelegd dat mensen met een arbeidsbeperking die kúnnen en wíllen werken daar ook de kans toe krijgen. Sinds de invoering van de Participatiewet in 2015 zijn mensen met een arbeidsbeperking afhankelijk van hun gemeente voor de begeleiding naar en tijdens werk. Daar vissen ze vaak achter het net. De FNV stelt in het pamflet voor om een wettelijk recht op werk voor deze groep in te voeren, inclusief begeleiding naar en tijdens werk. FNV-vicevoorzitter Kitty Jong: ‘Dat zoveel mensen met een arbeidsbeperking ongewild langs de kant moeten blijven is onacceptabel, iedereen die wil werken moet kunnen werken. Al jaren komt er volstrekt onvoldoende terecht van de vrijwillige banenafspraak, we eisen daarom recht op werk voor deze groep, voor minder doen we het niet.’
Het recht op werk vraagt ook om een andere samenwerking tussen Rijk, gemeenten en burgers en een andere besteding van de beschikbare budgetten. De zogenoemde ‘sociale ontwikkelbedrijven’ moeten hierin een centrale rol spelen, als springplank en vangnet voor deze groep. De FNV pleitte al eerder voor een dergelijk recht op werk en heeft dat plan nu geactualiseerd op basis van nieuwe inzichten en onderzoek. Daaruit blijkt dat het mogelijk is om binnen acht jaar 40.000 banen extra te realiseren. Dat vergt een investering die oploopt tot 310 miljoen in 2030 en kan de dekking daarvoor makkelijk gevonden worden(1). In tijden van ongekende krapte op de arbeidsmarkt, moet dit de politiek als muziek in de oren klinken. Bovendien blijkt al uit tal van onderzoeken dat deze investering zich dubbel en dwars terugbetaalt.
Sociale ontwikkelbedrijven staan onder druk door onduidelijke financiering. Als we op de huidige manier blijven doormodderen, gaan de meeste van hen het uiteindelijk niet redden. Terwijl deze bedrijven juist zo belangrijk zijn voor de 60.000 werknemers die er nu werken, maar ook voor de werkzoekenden die deze bedrijven nodig hebben als springplank en vangnet. Jong legt uit: ‘Het kabinet heeft zich door het VN-Verdrag Handicap verplicht om mensen met een beperking te ondersteunen in hun recht op werk. Het is tijd dat het kabinet deze verantwoordelijkheid serieus neemt want het is een schot voor open doel: investeren in sociale ontwikkelbedrijven is namelijk niet alleen goed voor de werknemers en werkzoekenden, maar ook voor de arbeidsmarkt en de samenleving. Het kabinet zegt bestaanszekerheid serieus te nemen. Dit is de kans om dat te laten zien’
Op 27 en 28 november debatteert de Tweede Kamer over de begroting, waarin ook werk voor mensen met een arbeidsbeperking en de toekomst van sociale ontwikkelbedrijven besproken zullen worden. Het debat over de Participatiewet is verschoven naar januari.