Ruim twee derde van de uitzendkrachten wordt gemiddeld zeven jaar van uitzendbaan naar uitzendbaan rondgepompt met nauwelijks zekerheid van werk en inkomen. Dat blijkt uit een enquête onder 1.000 uitzendkrachten en een vervolgonderzoek onder 92 deelnemers.
FNV publiceert daarom vandaag een witboek over de uitzendbranche. Hierin roept ze de politiek op de wet te veranderen, waardoor arbeidscontracten zonder enige garantie op werk en inkomen niet meer mogelijk zijn.
Zakaria Boufangacha, arbeidsvoorwaardencoördinator FNV: ‘Uitzendwerk is bedoeld voor het opvangen van ziekte of pieken in het werk. Dan spreek je over weken of maanden, niet over jaren. We willen af van die onzekere banen en contracten zoals nul-uren contracten.’
De uitzendbaan wordt vaak gezien als opstap naar een vaste baan maar de praktijk is anders. Uit een andere enquête van de FNV komt naar voren dat een derde van de uitzendkrachten 1,5 tot 5,5 jaar als uitzendkracht werkt met nauwelijks zekerheid van werk en inkomen. Ruim een kwart zit zelfs in een uitzendcaroussel die al langer dan tien jaar duurt.
Jolanda Nijenhuis werkt al 17 jaar voor verschillende uitzendbureaus zonder dat ze enig uitzicht heeft op een vast contract. Nijenhuis: ‘Je bent altijd maar bang dat je de volgende dag niet meer terug hoeft te komen, daar word je nerveus van en eigenlijk kan ik er ook wel boos om worden.’ De FNV bracht in juni een rapport uit waaruit bleek dat bijna 30% van de uitzendkrachten tijdens de coronacrisis zijn baan is kwijtgeraakt. Nederland telt in totaal zo’n 290.000 uitzendkrachten.
Boufangacha: ‘De uitzendkrachten gaan van uitzendbureau naar uitzendbureau en van opdrachtgever naar opdrachtgever. Ze krijgen nergens enige zekerheid. Er zijn bedrijven die permanent uitzendkrachten inzetten. Wettelijk mag dit misschien allemaal, maar dit is zeker nooit de bedoeling geweest. Het rondpompen van mensen zonder enige zekerheid, maar wel de druk om elke dag weer paraat te staan.’
In het vandaag gepubliceerde witboek over de uitzendbranche komen uitzendkrachten aan het woord en doet de vakbond aanbevelingen aan de overheid om de positie van uitzendkrachten te verbeteren. Naast het uitbannen van de genoemde nul-uren contracten wil de FNV, dat de uitzendperiode drastisch wordt verkort tot eenmalig 26 weken.
Die periode staat nu op 78 weken en kan door het rondpompen van uitzendkrachten van uitzendbaan naar uitzendbaan telkens weer opnieuw ingaan. Boufangacha: ‘Na die 26 weken moeten de uitzendkrachten automatisch meer zekerheid krijgen, zodat ze niet zomaar van de ene op de andere dag op straat gezet kunnen worden.’