Opinie: Andere pensioenwaarheid

door FNV kaderlid Anne van Dijk

Redactie
Door Redactie 22 augustus 2022

In een interview in onder andere De Telegraaf stelt Henriëtte Prast (1955), emeritus hoogleraar Persoonlijke Financiële Planning in Tilburg en van 2015 tot 2019 lid van de Eerste Kamer voor D’66 en vanaf 2021 voor de Partij voor de Dieren, dat voor de huidige ouderen te weinig premie betaald is.

Verder stelt Prast dat er geen rekening met langer leven en vergrijzing is gehouden en er nu veel meer ZZP’ers zijn die geen pensioenpremie betalen. Allemaal zaken waardoor pensioenen volgens haar terecht niet stijgen of zelfs gekort zijn.

Indexatie

De werkelijkheid is dat de pensioenvermogens ondanks te lage pensioenpremies meer dan verdubbeld zijn sinds 2008. Dat komt door de opbrengst van beleggingen. Ondanks deze stijgingen konden pensioenen niet verhoogd worden met de loonstijgingen of prijsstijgingen omdat sinds 2007 regels zijn veranderd door het kabinet Balkenende en sindsdien gehandhaafd. In plaats van de 4% rekenrente die tot dan toe toegepast werd om de opbrengst van pensioenvermogens te berekenen, moest gerekend worden met de opbrengst van langlopende staats obligaties (door de staat uitgeschreven leningen). Die rente daalde doordat de Europese bankschulden opkocht en daardoor de rente kunstmatig steeds lager werd. Inmiddels stijgt die rente onder druk van inflatie. Ondanks dat door dalende beurskoersen de pensioenvermogens iets afnemen, neemt de dekkingsgraad (vermogen te betalen berekend met de rente op staatsleningen) toe en kan nu wel geïndexeerd worden. Helaas stelt Prast deze absurditeit niet aan de kaak.

Verhoging AOW-leeftijd

De stijgende levensverwachting doet zich bij vrouwen al 70 jaar voor en bij mannen bijna 40 jaar. Wat Prast niet vermeldt is dat kabinetten de AOW-leeftijd en daarmee de pensioenleeftijd in Nederland sneller verhoogden dan de ons omringende landen. In het Pensioen en AOW-akkoord van 2019, afgedwongen door de vakbonden, is de snellere stijging afgeremd. De AOW-leeftijd van nu 66 jaar en 7 maanden stijgt in 2023 naar 66 jaar en 10 maanden. In maart 2024 wordt hij 67 jaar en blijft dat tot en met 2027.  In Duitsland wordt pas in 2030 de pensioenleeftijd 67 jaar. De zogenaamde vergrijzing (meer ouderen minder jongeren) is in Nederland veel minder sterk dan in bijvoorbeeld Duitsland.

ZZP'ers

Dat ZZP’ers geen pensioen opbouwen is een misstand die verwijtbaar is aan het kabinet en de werkgeversorganisaties. Pogingen dit te veranderen door vakbonden zijn tot nu toe niet gelukt. Het niet opbouwen van pensioen zal in de toekomst leiden tot meer mensen met alleen AOW. Prast gaat er min of meer vanuit dat dit een natuurwet is. Je zou verwachten dat zij net als vakbonden ervoor pleit dat ZZP’ers en uitzendkrachten onder dezelfde pensioenfondsen gaan vallen van de bedrijven waarvoor zij werken. Gelijke monniken gelijke kappen. Bovendien zijn er veel ZZP’ers die feitelijk werknemer zijn. Het kabinet kiest ervoor dat te negeren. Eén op de acht ZZP’ers zit onder de armoedegrens.

Meten met twee maten

Volgens Prast betalen de werknemers en werkgevers te weinig pensioenpremie. Het is zo dat de pensioenpremies niet kostendekkend zijn. De pensioenregels die het kabinet Balkenende in 2007 invoerde, maken het meten met twee maten mogelijk. Bij het vaststellen van de pensioenpremies, waarvan de werkgevers doorgaans de helft betalen en de werknemers de andere helft, mag rekening gehouden worden met de beleggingsopbrengsten. Dat mag niet voor het indexeren van pensioenen. Meten met twee maten. Overigens zullen hogere premies slechts een beetje bijdragen tot de pensioenvermogens. Veel belangrijker zijn de beleggingsopbrengsten. Door het Pensioen en AOW-akkoord van 2019  verdwijnt het verplicht meten met rente op staatsleningen en kan uitgegaan worden van werkelijke vermogens.

RVU-regeling

Door het Pensioen en AOW-akkoord is het ook mogelijk om, zonder de eerdere fiscale boete, tot 2026 RVU-regelingen te treffen om maximaal 3 jaar eerder op te houden dan je feitelijke AOW-leeftijd. Deze regelingen worden per cao tot stand gebracht maar werknemers en werkgevers mogen ze ook individueel met elkaar afspreken. In die regelingen betaalt de werkgever tijdens het eerder ophouden een maandbedrag dat overeenkomt met de AOW-uitkering. Over het permanent maken van deze eerder ophouden regeling moet nog onderhandeld worden. Daarbij speelt ook het bereiken van de AOW-leeftijd na 45 jaar werken. Het zou mooi zijn, dat er, zoals Prast voorstelt, een fonds komt, gevuld door werkgevers, waaruit de werknemers die zwaar werk doen, (deels) betaald worden tijdens het eerder stoppen dan de AOW-leeftijd.

Anne van Dijk,
Kaderlid FNV

Lees hier het artikel van Prast

 

 

Cookies op websites van de FNV

De FNV gebruikt functionele cookies die noodzakelijk zijn om de websites zo goed mogelijk te laten functioneren. Daarnaast maken we optioneel gebruik van statistische en marketing cookies. De functionele en statistische cookies maken geen gebruik van persoonsgegevens. De marketing cookies worden gebruikt voor het personaliseren van advertenties. Onderstaand kun je toestemming geven voor het gebruik van cookies. Voor meer informatie, of om op ieder moment je instellingen weer te wijzigen, kun je terecht op onze pagina over de cookies.

Functionele cookies: Cookies die nodig zijn om te zorgen dat de websites naar behoren functioneert.

Statistische cookies

:

Geven inzicht in hoe onze bezoekers de websites gebruiken.

Marketing cookies

:

Deze cookies gebruiken we om de websites op jouw voorkeur af te stemmen.