Als FNV-lid ben ik altijd gespitst op mogelijkheden tot maatschappelijke vooruitgang, vooral als het gaat over werksituaties die verbeteringen zijn. Een bezoek aan een ander land kan soms verrassende inzichten losmaken. In Spanje stellen we vast dat dit land in meerdere opzichten voorloopt op Nederland.
Amper enkele kilometers voorbij de Spaanse grens dient de eerste verbetering zich al aan. In Frankrijk wring je jezelf in bochten bij het inbrengen van een kaartje en de creditcard bij een tolpoortje. In Spanje is er een loket waarin iemand zit die je vriendelijk begroet, je vertelt wat de kosten zijn en je een prettige voortzetting van de reis wenst. Met deze menselijke interactie is er een soepel betalingsproces mogeliljk. Dit is een flinke vooruitgang. Voor de vakbond interessant: met de overgang naar auto’s op waterstof of elektriciteit zijn er nog goede mogelijkheden voor verbetering van de arbeidsomstandigheden. Op dat gebied zijn we in Nederland wel verder. Tolpoortjes zijn er niet in ons geasfalteerde land. Als je het autorijden serieus wil beperken, wellicht een betere en goedkopere oplossing dan rekeningrijden. Ook goed voor het door velen geroemde economisch gevangenschapsmodel van werken voor welvaart.
Je gaat benzine tanken. In Spanje is nu op de meeste plaatsen ingevoerd dat een pompbediende bij je komt en je tank volgooit met de gewenste brandstof. Na het tanken betaal je de beste vrouw of man via je geopende raampje en kun je weer lekker verder. Toch een stuk prettiger dan de auto uit. Tanken. Naar binnen gaan en betalen en weer instappen.
Postbezorging is in Spanje een serieuze aangelegenheid. De mensen die het werk doen, postbodes geheten, doen een serieus examen waarin kennis van postale producten, geheimhouding, douane, databescherming, wet en regelgeving op het gebied van postbezorging, hoe het werkt in een postkantoor. Een baan met aanzien.
In Nederland weten we niet beter dat post in de brievenbus wordt gedaan door postbezorgers. Het aanzien van deze functie is schraal vergeleken met Spanje en dat komt ook tot uitdrukking in de betaling. Pakketbezorging is in ons land een vorm van uitbuiterij. In België hebben ze voor dit soort praktijken de CEO van PostNL gewoon in de bak geslingerd. In Nederland schijnt de organisatievorm van onderaannemers met als doel de CAO te ontwijken, legaal te zijn. In het feodale tijdperk kenden we deze vorm van uitbuiting nog niet. Laten we het neo-feodalisme noemen.
In Spanje vind je in ieder dorpje wel een moderne vorm van externe telefonie. De telefooncel noemen ze het. Het werkt simpel. Je doet er een muntstuk in of een betaalpas, toetst het nummer in van degene met wie je wil bellen en voíla; contact. Sorry, je kan er niet mee fotograferen.
Overigens vind je in elk dorpje ook wel een geldautomaat en bij een inwonertal van boven de 3000 ook nog wel een bankkantoor. Dan loop je echt voor op ons land.
Een vriend z’n moeder zit in een zogenaamd residencia de tercera edad. In dergelijke centraal georganiseerde instellingen wonen de ouderen die in verschillende mate hulp nodig hebben.
Prachtig uitzicht op de Atlantische Oceaan. Mooie tuinen met bomen, prieeltjes, schaduw en zon.
Er zijn vele vormen van vertier, gezelschap én er is personeel. Dit is een mooi voorbeeld hoe de zorg voor ouderen in Spanje duidelijk voor loopt op ons. In Nederland laten we het personeel, waar we overigens diep respect voor moeten hebben als het gaat om kundigheid en motivatie, naar allerlei huisadressen scheuren. Veel verloren reistijd. Het Spaanse model lijkt me een stuk prettiger, doelmatiger en ook beter voor het welzijn van de senioren.
De siësta. Een van de meest bekende gewoontes in Spanje. Ontstaan omdat het (buiten) werken tussen twee en zes uur ‘s middags in het Spaanse klimaat gewoon niet te doen is. Nu de klimaatcrisis niet meer af te wenden is en ontembare hittegolven ook ons land aandoen, is het is niet meer dan logisch om de siësta in te voeren. Om twee uur even eten en een tukje doen. Het is een unieke kans om de zes-urige werkdag in te voeren. Na de siësta vanaf half zes tot negen uur doen we alleen nog zinvol en essentieel werk. Winkels, continu-bedrijven, zorg, horeca, of biologische landbouw zijn voorbeelden. Het meeste kantoorwerk kan mañana wel. Wie ’s morgens werkt, is de namiddag vrij.
Er zijn een aantal ontwikkelingen waarin Spanje voorop loopt op ons. Het is aan te raden om deze cultuur, gericht op welzijn, over te nemen in Nederland. Het is niet voor niks dat in Spanje bij lagere zorgkosten de levensverwachting een jaartje of drie hoger ligt dan in Nederland.
Jeroen van Linge
Lid FNV