Mensen moeten meer zekerheid van werk en inkomen krijgen. Dat is de essentie van de kabinetsbrief die vandaag naar de Tweede Kamer is getuurd.
FNV-voorzitter Tuur Elzinga: ‘We zijn blij dat het kabinet onderschrijft dat het vaste contract de norm moet zijn voor structureel werk en dat flexcontracten niet mogen worden misbruikt om te concurreren op arbeidsvoorwaarden. Dan blijven mensen niet eindeloos meer hangen in slecht betaalde uitzend-, tijdelijke en oproepbanen. En zijn arbeidsmigranten niet langer vogelvrij. Bovendien zullen werkgevers dan meer investeren in werknemers en dat komt onze sociale zekerheid ook ten goede.’
De FNV dringt aan op haast om de maatregelen in te voeren. Het probleem is urgent en wordt zelfs in deze tijden van arbeidsmarktkrapte groter. Het SER-advies dateert van 2021, het rapport van de commissie-Borstlap is al drie jaar oud. Elzinga: ‘Voor mensen die geen zekerheid van werk en inkomen hebben, telt elke dag. Nu is het dan eindelijk zo ver dat de praktische voorstellen worden overgenomen. Laat het kabinet en parlement nu dan ook snel doorpakken.’
In de kabinetsbrief staat dat werkgevers van kleine bedrijven na één jaar zekerheid kunnen krijgen over eventuele terugkeer van een zieke werknemer. Dat was ook zo afgesproken in het MLT, het Middellange Termijnadvies dat de SER in juni 2021 uitbracht. Elzinga: ‘Met de ingebouwde waarborgen in de re-integratievoorstellen vindt de FNV de voorgestelde aanpassing acceptabel. Zo komt er al een scherpe toets na één jaar ziekte of ook door werkgevers wel alles gedaan is om terugkeer mogelijk te maken. Na twee jaar wordt er bovendien nog bezien of op de oude werkplek iemand inmiddels in vaste dienst is aangenomen, zo niet dan keert de herstelde werknemer terug. De loondoorbetalingsperiode bij ziekte van twee jaar blijft gewoon overeind. Ook blijven onafhankelijke verzekeringsartsen een rol spelen bij beoordelen van de re-integratie-inspanningen door de werkgever: het wetsvoorstel om de beoordeling ervan bij de bedrijfsarts neer te leggen is hiermee van tafel. En de Inkomensvoorziening Oudere Werklozen (IOW) blijft nog minstens vier jaar bestaan. Al met al een evenwichtig pakket.