Vakbond FNV presenteert vandaag een eisenpakket met vijf oplossingen om de inkomenscrisis in Nederland aan te pakken. Daarbij worden de pijlen vooral op werkgevers gericht. De vakbond eist compensatie voor de stijgende kosten. En waar dat kan een extra loonsverhoging. Als werkgevers niet over de brug komen, voorziet de vakbond steeds meer actiebereidheid.
Tuur Elzinga, voorzitter FNV: ‘De lonen móeten omhoog. Het kan niet zo zijn dat terwijl de economie groeit, bedrijven steeds meer winst afromen, topmanagers en aandeelhouders hun zakken vullen, en ondertussen de werknemers daar telkens de rekening voor laten betalen. We willen niet dat onze leden steeds harder moeten werken, maar keer op keer voor hetzelfde tientje moeten knokken. We willen prijsstijgingen automatisch gecompenseerd krijgen. Dat geeft zekerheid. Anders blíjven werknemers opdraaien voor de tomeloze hebzucht van de grote graaiers en daar pas ik voor.’
Het eisenpakket van de FNV bevat naast een krachtige loongolf voor meer vaste banen: een directe verhoging van het wettelijk minimumloon naar 14 euro met meestijgende AOW en uitkeringen, een maximering voor energieprijzen, een verhoging van de winstbelasting naar 35% en een serieuze aanpak van belastingontduiking door bedrijven en een eerlijke belasting op inkomen uit vermogen.
Elzinga: ‘We moeten nu kiezen: staan we een nog grotere tweedeling toe of organiseren we een tegenmacht die recht kan trekken wat scheef is? Wij roepen werknemers op zich aan te sluiten en samen een vuist te maken. Met de acties op Schiphol, bij de NS en straks ook in het streekvervoer, laten we zien dat onze leden tot veel in staat zijn. Daar waar werkenden het echt willen, zullen we die krachtige loongolf voor elkaar krijgen!’
Het lidmaatschap van een vakbond is voor werkenden nu belangrijker dan ooit. Met naar verwachting meer stakingen voor de deur zal er door vakbondsleden vaker een beroep worden gedaan op een stakingsuitkering van de vakbond wanneer er door de werkgever loon wordt ingehouden. De vakbond verlengt speciaal voor de inkomenscrisis het kennismakingstarief met twee maanden zodat nieuwe leden vanaf oktober voor een half jaar lid kunnen worden voor €25.
Gisteren reageerde de FNV al op de uitgelekte kabinetsplannen over de koopkracht. Volgens de vakbond is het een stap in de goede richting, maar nog onvoldoende antwoord op de koopkrachtcrisis. Zo is de verhoging van het wettelijk minimumloon van 10% per 1 januari 2023 te weinig. Het moet naar minstens 14 euro per uur.
Ook komt het pakket met maatregelen volgens de FNV voor velen te laat om schulden, met in toenemende mate ook gezinnen met een middeninkomen, te voorkomen.
1. Een eerlijke loonsverhoging en vaste banen
De lonen moeten automatisch meestijgen met de inflatie zodat mensen automatisch meer geld krijgen als de boodschappen duurder worden. Bovendien moeten werknemers die structureel werk doen, een vast contract krijgen, zodat meer mensen zekerheid hebben over hun inkomen en weten wat er elke maand binnenkomt. Ook moeten de pensioenen waar mogelijk en zoveel mogelijk worden verhogd.
2. Verhoog per direct het minimumloon naar 14 euro
Het minimumuurloon moet direct naar 14 euro per uur inclusief de bijbehorende uitkeringen en AOW. Het minimumloon in Nederland al decennia te laag. Daarnaast worden de uitbetalingen van mensen met een pensioen of een uitkering door de koppeling op peil gehouden.
3. Laat niemand in de kou staan: een maximum voor energieprijzen
De energieprijzen moeten een maximum krijgen, zoals in de ons omringende landen. De energiebelasting die naar de schatkist gaat (die ook fors is gestegen door de hoge prijzen) moet worden gebruikt voor compensatie in de kosten.
4. Laat bedrijven hun eerlijke deel betalen
Verhoog de belasting op winst naar 35% (zoals de meeste werkenden ook betalen over hun loon) en pak belastingontduiking aan. Als bedrijven hun eerlijke deel betalen, kunnen we nu het inkomen van normale gezinnen ondersteunen én blijven investeren in de sectoren waar iedereen gebruik van maakt.
5. Een eerlijke belasting op inkomen uit vermogen
Verhoog daarnaast de belasting op inkomen uit vermogen naar minstens hetzelfde niveau als inkomen uit arbeid. Het kan niet zo zijn dat mensen die werken voor hun geld meer belasting betalen dan mensen die geld voor zich laten werken. Zo investeren we in de mensen die het land draaiende houden en financieren we de koopkrachtsteun.