Voor de FNV is een goede en volledige invoering van de Europese minimumlonenrichtlijn erg belangrijk. Lees waarom.
Deze EU-wetgeving stelt aan de ene kant vereisten aan de wijze van vaststelling van het wettelijk minimumloon (WML), zodat beoordeeld kan worden of deze toereikend is. Die vereisten gaan niet alleen in op de wijze hoe het reguliere WML moet worden vastgesteld en beoordeeld, maar ook op alle afwijkingen daarvan. Dit zijn de variaties op (zoals het minimumjeugdloon) en de inhoudingen van (zoals de inhouding van 25% voor de huisvesting van arbeidsmigranten) het WML.
Aan de andere kant wordt ‘bescherming door minimumlonen’, in het kader van de richtlijn, ook verwezenlijkt via collectieve arbeidsovereenkomsten, omdat die eveneens voor een bodem in de arbeidsmarkt zorgt met goede arbeidsvoorwaarden voor werknemers in ons land. Op dat vlak zet de Europese richtlijn aan tot het versterken van het wetgevend kader voor het recht op collectief onderhandelen. Daarbovenop moet een Nationaal Actieplan met concrete maatregelen worden opgesteld om de cao-dekkingsgraad te verhogen, zodra minder dan 80% van de werknemers de bescherming van een cao krijgt.
Voor de FNV is een goede en volledige invoering van de Europese minimumlonenrichtlijn daarom erg belangrijk. De FNV is erg bezorgd of er in de implementatiewetgeving wel aan alle verplichtingen voldaan zal worden. Uiterlijk op 15 november moet deze EU-wetgeving in de Nederlandse wetgeving zijn omgezet.
Net zoals bij alle wetgeving in Nederland moet de Raad van State daar eerst advies over uitgeven, voordat het voorgelegd kan worden aan het parlement. Om die reden heeft de FNV een notitie met zorgpunten ten behoeve van de Raad van State opgesteld waarin op onze belangrijkste zorgpunten wordt ingegaan.
Lees de notitie van de FNV met zorgpunten over de implementatie van de Europese minimumlonenrichtlijn ten behoeve van de Raad van State.
Bekijk ook het rapport van de expertgroep van de Europese Commissie. Meer informatie vind je op de website van de Europese Unie.