Na de toezegging van minister Van Rijn op 7 mei dat er een richtlijn zou komen voor persoonlijke beschermingsmiddelen voor elke zorgprofessional bleef het stil. ‘Vandaag, bijna een maand later is het dan eindelijk zover. Het staat zwart op wit. Ik ben daar blij mee, maar dat het sneller had gekund en gemoeten, laat dat duidelijk zijn. Elke dag onbeschermd werken, was er eentje teveel’, zegt Kitty Jong vicevoorzitter van de FNV.
Het belangrijkste dat wordt afgesproken is dat elke professional zelf beslist over de inzet van persoonlijke beschermingsmiddelen. ‘Professionals bepalen zelf hoe zwaar verschillende risico’s wegen. Dat kan betekenen dat als zorgpersoneel risico's van zorgverlening aan mensen heel hoog inschat, dat zij dan besluiten om wel of niet persoonlijke beschermingsmiddelen te gebruiken’, legt Jong uit.
Het eerste uitgangspunt van de richtlijn is dat personeel in de zorg voldoende en de juiste beschermingsmiddelen krijgt van de organisatie waarvoor ze werken. Jong: ‘Werkgevers hebben de plicht daarvoor te zorgen. De FNV gaat de uitvoering van de richtlijn nauwgezet volgen. Alle zorgprofessionals kunnen erop rekenen dat wij blijven strijden voor hun veiligheid.’
FNV-vicevoorzitter Kitty Jong: ‘Het is ongehoord dat zorgpersoneel nog steeds zonder beschermingsmiddelen moet werken en daarmee coronabesmetting riskeert. Werkgevers verschuilden zich achter de onduidelijke richtlijnen van het RIVM. Vandaag komt daar met deze handreiking -Veilig werken in verband met Covid-19- een einde aan.’