De kloof tussen de belastingdruk op werkenden en die op gepensioneerden wordt komend jaar in alle inkomensgroepen kleiner.
Voor werkenden en gepensioneerden wordt de belastingdruk in de laagste schijf met 0,25% verlaagd. Deze verlaging wordt voor de gepensioneerden volledig tenietgedaan door de verhoging van de inkomensafhankelijke Zorgverzekeringswet (Zvw). Deze stijgt van 5,45 naar 5,7%.’ Dat zegt FNV Senioren in een analyse naar aanleiding van de belastingplannen die bekend werden op Prinsjesdag.
In de analyse van FNV Senioren wordt de belastingdruk op werkenden en gepensioneerden in vijf inkomensgroepen in 2020 en 2021 vergeleken. Hieruit blijkt dat het verschil in belastingdruk op werkenden en gepensioneerden in alle inkomensgroepen steeds kleiner wordt. Door de telkens toenemende verschillen in heffingskortingen tussen werkenden en gepensioneerden en door andere fiscale maatregelen, is het vroegere voordeel van vrijstelling van 17,9% AOW-premie vrijwel tenietgedaan.
René Hulst, sectorbestuurslid FNV Senioren: ‘En de startpositie van gepensioneerden is flink achteruitgegaan. Door de 13 jaar durende indexatiestop bedragen de op middelloon gebaseerde pensioenen bruto nog maar rond de 60% van het laatst verdiende loon.
Heffingskorting
De algemene heffingskorting stijgt voor iedereen wat: € 82. De maximale ouderenkorting stijgt met € 81 naar € 1703. Door beide kortingen gaan de ouderen er in besteedbaar inkomen een klein beetje, maar vrijwel nooit meer dan een half procent, op vooruit. De arbeidskortingen voor de werkenden stijgen met veel grotere bedragen. De kortingen die gepland waren voor 2022, worden al in 2021 gerealiseerd.
Belastingdruk naar inkomensgroepen
De belastingdruk op werkenden en gepensioneerden is in vijf inkomensgroepen in 2020 en 2021 vergeleken. De eerste vergelijking toont de belastingdruk op het minimumloon van een werkende en de belastingdruk op het inkomen van een AOW’er. De belastingdruk in 2021 voor de minimumloonverdiener is met 1,5% afgenomen en voor de AOW’er met 0,25% toegenomen. De minimumloner gaat erop vooruit, de AOW’er gaat erop achteruit.
Bij een inkomen van € 26.700 is de belastingdruk in 2021 voor werkenden met 1,8% afgenomen en voor gepensioneerden met 0,5%. Bij een inkomen van € 38.000 is de belastingdruk voor werkenden met 1,6% afgenomen en voor gepensioneerden met 0,6%. Bij een inkomen van € 42.000 is de belastingdruk voor werkenden met 1,5% afgenomen en voor gepensioneerden met 0,5%. Bij een inkomen van € 50.000 is de belastingdruk in 2021 voor werkenden met 1,2% afgenomen en voor gepensioneerden met slechts 0,1%. Gepensioneerden in deze groep kennen zelfs een vrijwel even grote belastingdruk als voor werkenden: respectievelijk 28,3 en 28,4%.
Het verschil in belastingdruk op werkenden en gepensioneerden wordt in alle inkomensgroepen steeds kleiner. Door de telkens toenemende verschillen in heffingskortingen tussen werkenden en gepensioneerden en door andere fiscale maatregelen, is het vroegere voordeel van vrijstelling van 17,9% AOW-premie vrijwel tenietgedaan. Hierbij moet men zich realiseren dat de startpositie van gepensioneerden flink achteruitgegaan is. Door de 13 jaar durende indexatiestop bedragen de op middelloon gebaseerde pensioenen bruto nog maar rond de 60% van het laatst verdiende loon.
Heffingsvrij vermogen
Het bedrag aan heffingsvrij vermogen in box drie gaat omhoog van € 30.846 naar € 50.000 waardoor een kleine groep ouderen wat minder belasting betaalt. Ouderen hebben relatief wat vaker een eigen woning. Hun vermogen zit dus, indien zij al over vermogen beschikken, vooral in stenen. De WOZ stijgt dit jaar sterk, zonder dat daar inkomsten tegenover staan. Dit doet de koopkracht dalen.
Kortingsdreigingen reëel
De kortingsdreiging op de aanvullende pensioenen is reëel. Volgens toezeggingen van minister Koolmees zullen pensioenfondsen met een dekkingsgraad boven de 90% niet hoeven te korten. Maar inmiddels staan verschillende grote fondsen onder deze grens waardoor korting dreigt. Het Centraal Planbureau (CPB) rekent erop dat dat gebeurt, waardoor voor de helft van de gepensioneerde deelnemers komend jaar een pensioenkorting dreigt van in totaal 4%. Het planbureau verwacht dat de korting over twee jaar wordt gespreid, waardoor ze in 2021 op 2% uitkomt. De eerste korting zou dan plaatsvinden per 1 juli 2021.
De FNV is met Koolmees in gesprek over de kortingsdreiging. In de aanloop tot de overgang naar een nieuw pensioenstelsel per 2026 is het ongewenst dat er wordt gekort.