Het wetenschappelijk onderwijs in Nederland heeft al jaren te maken met structureel te weinig geld. Om toch de begroting rond te krijgen wordt er bezuinigd op kwaliteit, werknemers en studenten.
Onder meer FNV Onderwijs & Onderzoek, de AOb en WOinActie presenteren daarom maandag 6 september in Utrecht, bij het begin van het academisch jaar 2021/2022, een tegenbegroting. Met voldoende geld voor de kwaliteit van onderwijs, studenten en werknemers.
Onlangs bleek uit een rapport van PWC, in opdracht van het ministerie OCW, dat het wetenschappelijk onderwijs structureel 1,1 miljard euro per jaar extra nodig heeft. Jan Boersma, bestuurder FNV Onderwijs & Onderzoek: ‘Universiteiten voelen zich met handen en voeten gebonden aan het budget van het ministerie van OCW. Met de toenemende studentenaantallen is de financiering van universiteiten met zo’n 25% achtergebleven op wat nodig is voor fatsoenlijk wetenschappelijk onderwijs en onderzoek.’
Twee jaar geleden berekenden onder meer de FNV en WOinActie dat dit bedrag nodig was. Boersma: ‘Onvoorstelbaar dat er geld wordt besteed aan dure onderzoeken, terwijl dezelfde informatie al twee jaar bij de minister op het bureau ligt en waar ze niets mee doet.’
Op de ranking van de samenwerkende vakbonden staan de universiteiten die er echt een potje van maken. Waar liever geld aan het College van Bestuur wordt besteed dan aan de werknemers of studenten. En waar veel werknemers jarenlang in onzekere contracten zitten. En welke universiteit kun je als student beter vermijden omdat er een groot tekort aan docenten is.
Ama Boahene, voorzitter Landelijke Studentenvakbond (LSVb): ‘Er wordt vrijwel overal beknibbeld op de kwaliteit en dat heeft gevolgen voor docenten én studenten. Een voorbeeld is het leenstelsel, dat in 2015 werd ingevoerd, waardoor studenten moesten lenen voor hun studie. Naast voldoende geld voor onderwijs en onderzoek zelf is 1,7 miljard euro nodig om het leenstelsel te vervangen voor een nieuwe basisbeurs die studenten de kans biedt om schuldenvrij af te studeren.'