In Nederland overlijden jaarlijks tussen de 500 en 700 mensen aan de gevolgen van asbest. Europese berekeningen geven aan dat 97% van de asbestkankers een link hebben met de bouw. De komende tientallen jaren zal dat nog zo blijven, want pas in 1993 werd asbest als bouwmateriaal verboden. En het is bijna overal te vinden.
Zo is er naar schatting nog 70 miljoen m2 aan asbestdaken en in veel gebouwen is het als brandwerend materiaal op veel plekken verwerkt. Plekken waar je met de vergroening van Nederland ook moet werken. Om zonnepanelen te installeren, of die oude geisers en boilers te vervangen bijvoorbeeld. Heel vervelend dat een product met zulke goede eigenschappen uiteindelijk zo’n killer blijkt te zijn.
Ik kom in de praktijk nog veel mensen tegen met verkeerde ideeën over asbest. Die vergelijken het met een andere ongezonde hobby: roken. Als je maar op tijd stopt, of niet zo vaak asbest verwijdert, dan zal je er wel geen kanker van krijgen toch? Bij roken krijg je toch ook niet longkanker na de eerste teug? En dat is het vervelende. Dat kan je wel. Natuurlijk neemt de kans af als je minder vaak of nauwelijks met asbest werkt. Maar bij asbest kan één verkeerde inkapseling van een vezel betekenen dat je ziek wordt. Zo overleed op 7 maart van dit jaar Harry de Winter aan mesothelioom. Een kankersoort die voor het belangrijkste deel wordt veroorzaakt door asbest. Een televisiemaker!
Meestal openbaart deze ziekte zich pas 30 tot 40 jaar later. Als mensen de diagnose krijgen overlijdt een kwart van hen binnen 3 maanden. En tweederde binnen een jaar. Het meest voorkomende beroep onder asbestslachtoffers is…… timmerman.
In 1998 hebben de werkgevers en de bonden (samen met verzekeraars, het Comité Asbestslachtoffers en de Rijksoverheid) afgesproken dat alles in het werk gesteld moet worden om de juridische lijdensweg in te korten. Asbestslachtoffers kunnen bij een instelling (IAS) aankloppen voor een tegemoetkoming van de overheid en bemiddeling met de (ex)werkgever voor een schadevergoeding. En dat werkt voor veel sectoren. De bemiddeling zorgt voor een slagingspercentage van 45%. Maar niet in de bouw. Daar is het slechts 20%. Bedrijven bestaan niet meer of erkennen simpelweg niet dat ze er iets mee te maken hebben. Leg dat naast de eerdergenoemde 97% bouw gerelateerd en je ziet dat er iets heel krom is.
De IAS heeft de sociale partners in de bouw uitgenodigd voor een gesprek over oplossingen. Laten we als bouw samen de verantwoordelijkheid nemen! Laten we een fonds inrichten om doodzieke mensen die gewerkt hebben voor niet meer bestaande bedrijven te helpen. Zodat ze hun laatste energie kunnen richten op hun vrienden en familie.