De lonen stijgen langzaam maar zeker. In 2019 is de loongroei van de 105 cao’s die de FNV heeft afgesloten tot nu toe gemiddeld 3,1% op jaarbasis.* In 40% van de cao’s zijn afspraken gemaakt over meer vaste banen.
FNV-coördinator arbeidsvoorwaardenbeleid Zakaria Boufangacha: ‘Het gaat moeizaam en langzaam. Wij zien, dat ondanks de krapte en economische groei, werkgevers over het algemeen nog steeds niet bereid zijn om werknemers collectief een eerlijk deel van de koek te geven. Maar door de inzet van FNV dwingen we wel steeds meer af.’
In 10 cao’s, vooral in de industrie, werden goede loonstijgingen bereikt van 4 tot 5%. In 3 hiervan werd met name voor mensen in lagere loonschalen een flinke loonsverhoging afgesproken van 4% tot 7,2% per jaar. Ook in de schoonmaak werd een cao afgesloten met 3,8% loonsverhoging.
Zakaria Boufangacha: ‘Ik ben er blij mee en trots op, dat dankzij onze gerechtvaardigde looneis van 5%, op verschillende plekken een goede loonsverhoging is bereikt. Vaak dankzij actiedruk. Maar juist voor mensen met lagere lonen en onzeker werk moet er meer gebeuren. De kloof tussen mensen met een goede en minder goede positie op de arbeidsmarkt is veel te groot en daarmee is een eerlijke arbeidsmarkt nog ver weg.’
Er werden 6 cao’s zonder de FNV afgesloten, bijvoorbeeld bij Post.nl, Bijenkorf en Hema. De lonen stegen hierin 0,6% minder, dat is ca een vijfde minder loon dan de ruim 3% van de FNV.
In steeds meer cao’s, op dit moment in 40% van de 105 cao’s, zijn afspraken gemaakt over meer zekerheid voor werknemers. Bijvoorbeeld: bij DHL is een maximum van 5% aan oproepkrachten afgesproken, in de metalektro krijgen 3.000 uitzendkrachten een vaste baan en bij Sabic krijgen uitzendkrachten na 1 jaar een vaste baan.
Flex blijft echter nog steeds een veel te aantrekkelijk verdienmodel. Hoewel het aantal vaste banen groeit, met name onder mensen met een hogere opleiding, neemt flex óók nog steeds toe onder bepaalde groepen. Het aantal laagopgeleide mensen met onzeker werk nam in 2018 met 16.000 toe, en ook kwamen er 42.000 zzp’ers bij, die CBS niet meetelt in haar cijfers over het aantal flexbanen.**
Boufangacha: ‘De oorzaak van de doorgeslagen flex en achterblijvend loon ligt bij de politiek. Na jaren steunt Rutte eindelijk de analyse van de FNV om de koek eerlijker te delen. Maar hij heeft zelf de sleutel in handen voor een eerlijker arbeidsmarkt. Hij kan de onvrede bij jongeren en laagbetaalden wegnemen door flex verder aan banden te leggen, het minimumloon te verhogen en door goede loonsverhogingen voor mensen uit zorg, onderwijs en gemeenten, bijvoorbeeld.’
Bij het UVW worden minimaal 500 banen voor jongeren gecreëerd doordat ouderen gebruik kunnen maken van een generatiepactregeling. Ouderen werken minder terwijl zij bijvoorbeeld 80% van hun loon houden en hun pensioenopbouw door loopt en jongeren vullen deze plekken op. Bij de cao Banden en Wielen krijgen jongeren na 1 jaar een vast dienstverband door de generatiepactregeling. In het totaal zijn er 5 generatiepactafspraken gemaakt. Extra zorgverlof is vooral in de dienstensector afgesproken.
Boufangacha: ‘Ja, ook in sectoren waar schaarste is, willen we dat onze leden gezond hun pensioenleeftijd halen. Een generatiepact is daarvoor een goed middel. Als we dat niet kunnen afspreken, bijvoorbeeld in de ziekenhuizen, dan worden oudere werknemers ziek of stoppen met werken en dan ben je nog verder van huis.’
De FNV gaat, nu er met het pensioenakkoord is ingestemd, afspraken maken aan cao-tafels voor eerder stoppen met werken, zeker in zware beroepen.
*We gaan hierbij uit van het ‘gewogen gemiddelde.’ Tot 2019 telde een door de FNV gesloten cao voor 100 mensen gelijk mee in de cijfers als een cao voor 100.000 mensen. We kijken nu naar de loonsverhoging per werknemer, het ‘gewogen gemiddelde’ dus. Als we dezelfde manier van tellen als vorige jaren hanteren, dan komen we uit op 2,72% loonsverhoging.
**cijfers CBS eerste kwartaal 2019: 7000 minder flexbanen dan in eerste kwartaal 2018. Hierin is de groei van zzp’ers van 42.000 niet meegeteld.