Bangladesh Accord krijgt nog 12 maanden erbij

Dankzij een doorbraak tussen het Bangladesh Accord en de Bengaalse werkgeversorganisatie voor kleding  BGMEA wordt verder gewerkt aan fabrieksveiligheid in de Bengaalse textielindustrie. Op 19 mei gaf het hoger gerechtshof van Bangladesh toestemming aan Accord om nog 12 maanden door te gaan. Dit wordt beschouwd als overgangsperiode; fabriekseigenaren gaan het daarna met de Bengaalse overheid zelf doen.

Accord moest op 30 november vorig jaar zijn activiteiten stoppen, zo had het hogere gerechtshof bepaald. Sindsdien hebben de kledingmerken die in Bangladesh inkopen en de vakbonden van het Accord met de regering van Bangladesh onderhandeld om een manier te vinden om de impasse te doorbreken. Zij zijn ervan overtuigd dat het nog tijd kost om de inspecties in de fabrieken over te dragen. De Beroepsrechter verleende weliswaar verlenging van de tijd om deze besprekingen voort te zetten, maar maakte duidelijk dat er geen uitbreidingen meer zouden worden verleend.

Nieuwe raad blijft onafhankelijk

Op 19 mei stond een nieuwe rechtszitting gepland. Slechts een paar dagen daarvoor bereikte het Accord overeenstemming met de BGMEA over de overdracht van het Accord aan een nieuwe instantie in Bangladesh, de RMG Sustainability Council (RSC). Deze overeenkomst stelt de activiteiten van Accord veilig voor de toekomst en garandeert een rol voor vakbonden.

Het nieuwe orgaan zal uiteindelijk alle activiteiten, functies en de staf van Accord overnemen. BGMEA / BKMEA, kledingmerken en (inter)nationale vakbonden gaan zitting nemen in het bestuur van RSC. De raad zal binnen het regelgevende kader van de betreffende overheidsdienst opereren, maar blijft onafhankelijk van de overheid.

Activiteiten transparant houden

Na de overgang zal het RSC doorgaan met fabrieksinspecties, sanering, follow-upinspecties, het opleiden van medewerkers, met behoud van het onafhankelijke klachtensysteem. Daardoor krijgen de kledingmerken, vakbonden en consumenten de nodige zekerheid dat de essentiële elementen van het baanbrekende veiligheidsprogramma van Accord zullen bewaard worden. Belangrijk is dat alle activiteiten transparant blijven, onder meer door de volledige openbaarmaking van alle resultaten van inspectie- en herstelwerkzaamheden op een openbare website.

Doorgaan met levensreddend werk

“De overeenkomst tussen Accord en de BGMEA is een belangrijke stap voorwaarts om de veiligheid van werknemers te garanderen in de RMG-industrie in Bangladesh”, zei UNI-voorzitter Christy Hoffman na de uitspraak. “Het levensreddende werk van het Akkoord kan doorgaan.” Ook IndustriALL-voorzitter Valter Sanches toonde zich tevreden. “Doel van IndustriALL met Accord is altijd geweest dat we de veiligheid en gezondheid van de werknemers konden waarborgen. De duidelijke rol voor de nationale Bengaalse vakbonden in de RMG Sustainability Council is essentieel om ervoor te zorgen dat de veiligheid van werknemers niet in het gedrang komt. Lokale en wereldwijde vakbonden zullen hard blijven werken om te garanderen dat Bengaalse kledingarbeiders het hoogste niveau van veiligheidstraining krijgen, evenals toegang hebben tot een onafhankelijk klachtensysteem.”

Kennis en ervaring opdoen

Om de overgang naar de nieuwe raad te vergemakkelijken, zal de BGMEA een Chief Technical Officer en een ingenieur in het Accord-kantoor in Dhaka plaatsen. Dit zal het BGMEA in staat stellen om de nodige kennis en ervaring op te doen van de dagelijkse werkzaamheden van het Accord en om te zorgen voor een effectieve en soepele overgang naar het RSC.

Bron: IndustriALL